Zelfbouw bed en bureau voor uw puber (deel1)
Origineel geschreven door een onbekende schrijver
Gepubliceerd in VT Vrije Tijd, juni 1969
Originele titel: Voor zoon of dochter een eigen stijl. Tienerkamer met "soul" I
Als u kinderen heeft, die de leeftijd bereikt hebben, dat ze het bezit van een eigen kamer gaan waarderen en die kamer ook helemaal naar eigen idee willen inrichten, dan doet het probleem zich voor: hoe? Doorgaans heeft zo'n kamertje van zoon of dochter een dubbele functie, namelijk: studeer- en slaapkamer. Er moet dus op zijn minst een bed in staan en een bureautje. Wat het eerste betreft, zullen de wensen van tieners vaak uitgaan naar een zit-slaapbank. Verder is het uiteraard prettig als de benodigde studieboeken onder handbereik staan. Als daarbij dan nog alle meubelen in zo'n kamertje in één stijl kunnen worden uitgevoerd, wordt het ideaal van uw zoon of dochter wel heel dicht benaderd.
Vt heeft nu een tienerameublement ontworpen, dat aan de meeste jongerenwensen tegemoet komt. Het is duidelijk, dat u kleuren naar de keuze van uw zoon of dochter gebruikt. Wij hebben er rekening mee gehouden, dat de meubelen gemakkelijk moeten kunnen worden gemaakt en ook dat u er misschien maar een paar maakt.
De uitwerking van werktekening en bouwbeschrijving is zo, dat u er een of twee meubels speciaal kunt uitlichten en maken. We raden u aan om bij het bestuderen van de bouwbeschrijving de werktekening ernaast te leggen, zodat u op een goede wijze een overzicht krijgt van het geheel. Op de materiaallijst zijn alle onderdelen van de meubelen te vinden. Ze zijn van een letter voorzien, welke correspondeert met de onderdelen die op de werktekening staan. Het beste is om eerst alle onderdelen zuiver op maat te maken en ze vervolgens te bewerken zoals in de bouwbeschrijving is aangegeven. Op het eerste gezicht lijkt het allemaal nogal ingewikkeld, maar u zult bemerken, dat het meevalt. Omdat de bouwbeschrijving en tekeningen zo uitvoerig zijn gemaakt, is het niet mogelijk gebleken om alle meubelen in een nummer van Vt te plaatsen. Daarom vindt u in dit nummer bouwbeschrijving en tekeningen van het bureau, het zitbankje en het boekenrek. In het volgende nummer van Vt wordt tenslotte de zit-slaapbank (met drie laden voor het opbergen van de lakens en dekens) beschreven.
Het bureautje
Van het bureau maken we alle onderdelen op maat, zoals op de materialenlijst is aangegeven. Daarna gaan we alles pas monteren. We beginnen met de zijden A in de aangegeven vorm te maken. Op de werktekening bij het zijaanzicht vindt u de maten die u op het meubelplaat of spaanplaat af moet schrijven. De gebogen lijn van de onder- en bovenkant van deze zijden zaagt u met een schrobzaag of een decoupeerzaag in de juiste afgeschreven vorm. Op de foto ziet u de meubeltjes in kleur uitgevoerd. Als u later alle onderdelen eveneens gaat schilderen in de gewenste kleuren, zult u de kanten van de zijden A eerst zuiver vlak en glad dienen af te werken en daarna kunt u deze kanten insmeren met verdunde lijm of plamuur. Wanneer ze geheel droog zijn, moet u ze met schuurpapier weer geheel glad schuren. Het kan zijn, dat u het gehele bureautje in een edele houtsoort wilt uitvoeren. Dan dient u aan twee zijden gefineerd spaan- of meubelplaat te gebruiken. U kunt dit materiaal bij de houthandel verkrijgen, beplakt met teak-, eike-, limba-, note- of mahoniefineer. U heeft dus keuze genoeg wat de houtsoort betreft. De kanten zult u dan echter moeten beplakken met een strookje fineer van dezelfde houtsoort als op het spaan- of meubelplaat is geplakt. Vervolgens nemen we het op maat gemaakte bovenblad B en schroeven op de onderkant ervan, gelijk met de korte zijden, de klampen J. Voordat we deze klampen op het blad gaan bevestigen, boren we alle gaten voor de schroeven in deze klampen en dus meteen ook de gaten die bestemd zijn om de klampen tegen de zijden A te schroeven. De schroefgaten moeten een doorsnee van 4 mm krijgen. De koppen van de schroeven dienen met de buitenvlakken van de klampen gelijk te komen, dus de schroefgaten moet u verzinken. Voor het opschroeven van de klampen gebruikt u 1,5 x 8 ijzeren platkopschroeven. De voor- en achterkant van dit bovenblad werkt u af zoals bij de kanten van de zijden A reeds is aangegeven. Vervolgens nemen we het op maat gezaagde onderblad C. Op de onderzijde van dit blad schroeven we de twee klampen K, op dezelfde wijze als dat voor het bovenblad B reeds is aangegeven. We tekenen nu op de bovenkant van dit onderblad C (dus 550 mm vanaf de korte kant van dit blad) een haakse lijn. Waar de lade komt, tekenen we 20 mm naar de kant ook een haakse lijn af. In het midden tussen deze afgetekende lijnen boren we vier schroefgaatjes van 4 mm doorsnee. Het tussenstuk F schroeven we op het onderblad tussen de haakse lijnen in met 1,75 x 8 ijzeren platkopschroeven. Daarna nemen we het achterstuk D. Hierin maken we met de cirkelzaag of met de sponningschaaf een sponning van 15 mm diep en 20 mm breed. De achterkant van het onderblad C moet in deze spooning passen. U ziet dat op de werktekening rechts in het midden weergegeven. Op de plaats waar het tussenstuk F het achterstuk D raakt, muakt u een groef van 20 mm breed en 15 mm diep. Bij het afschrijven van deze groef houdt u het achterstuk D met de koppen gelijk met de korte kanten van het onderblad C. Op de werktekening ziet u de verbinding van het tussenstuk F met het achterstuk D weergegeven. Het achterstuk D knnt 11 mel spijkers aan het onderblad C verbinden. Aan de verbinding van het tussenstuk F met het achterstuk D smeert u lijm. Wanneer de lijm droog is, heeft u ook hier een stevige verbinding verkregen. Op de ladezijde van het tussenstuk F bevestigt u met l,75 x 8 ijzeren platkopschroeven, gelijk met de bovenkant van dit tussenstuk, de klamp J. In deze klamp boort u ook eerst alle schroefgaten, zoals we dit reeds voor de klampen die voor het bovenblad bestemd waren, hebben aangegeven. Wanneer de gehele constructie in elkaar zit, ziet deze er uit, als op de werktekening in scheve projectie is weergegeven, Het volgende werkje is het bureau in elkaar zetten. Daarvoor schroeven we het bovenblad en het onderblad op de aangegeven plaats tegen de zijden A. Op de werktekening is de juiste plaats weergegeven in de doorsnede A-B en in het vooraanzicht. De voorkant van het onderblad C werken we af als de kanten van de zijden A.
De lade
We moeten nu nog de lade gaan maken. Alle onderdelen van de lade zijn reeds op de juiste maat gemaakt, zoals deze op de materialenlijst zijn aangegeven. In het ladevoorstuk E maken we aan de binnenzijde daarvan een groef voor de labodem. Deze groef moet 30 mm vanaf de onderkant van dit lavoorstuk komen te zitten en 5 mm breed en 5 mm diep worden. Een zelfde groef van dezelfde afmetingen maken we ook aan de binnenzijde van de lazijden, maar dan 10 mm vanaf de onderkant van deze lazijden II. In deze groeven wordt later, wanneer de laden in elkaar gezet zijn, de bodem I, geschoven. Maar zover zijn we nog niet.
Wanneer u het bovenaanzicht van de lade bekijkt (op de werktekening linksonder) dan ziet u, dat de linkse zijde gelijk zit met de kopkant van het lavoorstuk en dat de rechtse lazijde 20 mm binnen de rechtse kopkant van het lavoorstuk is aangebracht. Het lavoorstuk moet de kop van het tussenstuk F afdekken, wanneer de lade in het meubel is geschoven. Voor de linkse lazijde moeten we in de linkse kop van het lavoorstuk een sponning maken van 10 mm breed en 15 mm diep.
Aan de rechtse kop van het lavoorstuk maken we 20 mm vanaf deze kop een groef van 15 mm breed en 10 mm diep. Rechtsonderop de werktekening ziet u deze constructie weergegeven. In de twee lazijden maakt u 30 mm vanaf de achter-koppen van deze lazijden en aan de kanten waar do bodem-groef is gemaakt, ook een groef, die 15 mm breed is en 5 mm diep. In deze groeven moet het achterstuk G bevestigd worden. Wanneer we alle onderdelen van de lade hebben bewerkt, dan rest ons alleen nog het in elkaar zetten. Met spijkertjes en lijm brengen we de verbinding tot stand. We zorgen ervoor, dat de groeven die voor de labodem bestemd zijn, op de goede plaatsen komen te zitten. De onderkant van het la-achterstuk komt met de bovenkant van de bodemgroeven die aan de binnenkanten van de lazijden gemaakt zijn, gelijk te zitten. Het laatste schuiven we de bodem I, in de groeven en schroeven deze op het achterstuk G met3/4x 4 ijzeren platkopschroeven vast. Voordat we de bodem vastschroeven, moeten we nog wel controleren of de lade zuiver haaks is. Daarna maken we hem schuivend in het vak van het bureau.
Zoals u reeds gemerkt zult hebben, wordt het gehele bureau met schroeven in elkaar gezet. Omdat we nu het bureau gaan schilderen, beitsen of lakken, is het gemakkelijk dat u het uit elkaar kunt nemen. U verkrijgt dan veel mooier en egaler werk.
Het zitbankje
Rechts op de werktekening vindt u het zitbankje geheel uitgewerkt weergegeven. Van het zitbankje maken we alle onderdelen geheel klaar, voordat we het in elkaar gaan zetten. De zijden A brengt u in de vorm, zoals op het zijaanzicht is aangegeven. De bewerking van deze zijden is hetzelfde, zoals we dat reeds hebben weergegeven en beschreven bij de zijden A voor het schrijfbureautje. In de zijden A maken we op de aangegeven plaatsen een gat, dat 50 mm lang, 12 mm breed en 10 mm diep is. Hierin worden de pennen gelijmd, welke we aan de tussenregel C maken. Aan elke kop van deze regel zetten we een pen die 50 mm breed, 10 mm dik en 9 mm lang is. Deze pennen zijn weergegeven op de doorsnede A-B bij C. U kunt hiervan ook de maten afleiden en de hoogte van de gaten in de zijden.
Het zitplankje B maken we ook op de juiste maten en aan de onderkant schroeven we, gelijk met de kopeinden van het zitplankje B met 1 1/2 x 8 ijzeren platkopschroeven, de klampjes D. De twee lange zijden van het zitplankje komen in het zicht. We moeten deze kanten dan ook afwerken, zoals we dat reeds bij de bureauzijden A hebben beschreven.
Nadat alles is afgewerkt, gebeitst, geschilderd of gelakt, kunnen we het zitbankje in elkaar zetten. Het zitplankje B schroeven we met 1 1/2 x 8 ijzeren platkopschroeven op de aangegeven plaats tegen de zijden A vast. Tegelijkertijd lijmen we de tussenregel C tussen de zijden A. Voor de zitting gebruiken we een stuk schuimrubber van 70 mm dikte, dat we met een bijpassend meubelstofje overtrekken.
Het boekenrekje
De twee zijden A maken we in de vorm zoals op de werktekening linksonder is aangegeven. De afwerking van deze zijden is zoals we dat bij de bureauzijden A reeds hebben beschreven. Het achterstuk B schroeven we met 1 1/2 x8 ijzeren platkopschroeven tegen de plank B. De voorkant van de plank B moeten we geheel afwerken, omdat deze in het zicht komt. Gelijk met de bovenkant van het achterstuk B bevestigen we met 1 1/4 x 8 ijzeren platkopschroeven de achterlat E. Vervolgens bevestigen we met spijkers met verloren kop de zijden A tegen de kopkanten van de plank B en het achterstuk C. Deze spijkers drevelen we aan de buiten kanten van de zijden A in het hout. Later kunnen we tijdens de verdere afwerking de gaatjes met plamuur of met kneedbaar hout stoppen.
Het schilderen, beitsen of lakken doen we het beste, wanneer de zijden nog niet tegen B en C bevestigd zijn. We kunnen dan een strakkere afwerking verkrijgen. Het boekenrekje hangt u nu tegen de rauur. Hiervoor draait u in de lat E en het achterstuk C twee koperen of nikkelen lenskopschroeven, welke in pluggen die van tevoren in de muur gestopt zijn, worden vastgeschroefd.